Methode | reisvanjeleven.nl

Klik op het schema voor een grotere versie.
	De methode kent 20 thema's waaruit u kunt kiezen. Het is mogelijk om per jaar 20 thema's te kiezen of een deel ervan. De thema's keren jaarlijks terug en worden voor elk leerjaar op een eigen niveau uitgewerkt. De bedoeling daarvan is dat de kinderen worden uitgedaagd tot participeren in een steeds verder gaande verkenning, verbreding en nadere verdieping van oriëntatie op elk van die thema's. In die zin wordt dus volgens een concentrisch en ontwikkelingsgericht leerconcept gewerkt.
Boom	Voor kinderen van 5 t/m 12 jaar is het een stapsgewijs ingroeien in de thema's. We hebben dit vergeleken met de groei van een boom:
	Een levende boom haalt met zijn wortels voeding uit de grond. In de stam wordt deze voeding gebruikt voor de groei van de boom: ieder jaar komt er vanuit de cambiumlaag een jaarring of groeiring bij. Dit proces is te vergelijken met de 'voeding', die ouders en leraren aan hun kinderen en leerlingen geven bij hun groei naar volwassenheid. Een voeding die zij weer putten uit hun 'grond', hun opvattingen, hun traditie, hun geloof. Het groeiproces van een boom wordt beschermd en bevorderd door het contact met de buitenwereld, via de bast en de schors. De zorg voor een goed verlopend groeiproces van kinderen tijdens de acht jaar dat ze op school zijn, berust bij het team van leerkrachten, aangestuurd door hun directeur . Die kan daarbij de hulp inroepen van een (identiteits-)begeleider.
Uitdaging	Werken aan levensbeschouwelijke vorming is voor veel scholen een uitdaging omdat het mág. Het is geen wettelijk voorgeschreven vak en kan juist daardoor uw school een eigen gezicht, een eigen identiteit geven. De methode Reis van je leven heeft daarom een vormgeving en invulling die geheel open is. De vele ideeën en meningen die leven bij uw school en bij de individuele teamleden kunnen daardoor een herkenbare plaats krijgen.
Thema's	De thema's in Reis van je leven zijn gekozen vanuit levensvragen en ervaringen die kinderen tegenkomen, gedurende de cyclus die ze in een schooljaar doorlopen. Dat wil zeggen dat de hoofdstructuur van de methode gevonden is in de voor alle kinderen herkenbare rondgang langs de vier seizoenen en de voornaamste christelijke feesten. Gedurende een schooljaar kunnen naar keuze twintig thema's aangeboden worden. Daarbij is uitgegaan van een schooljaar met ongeveer veertig werkweken, zodat in elke periode van twee werkweken een thema aan de orde kan zijn. De ervaring leert dat een thema meestal drie of zelfs vier weken vraagt en men dan kiest voor 10, 12 of 13 thema's per jaar. We veronderstellen daarbij dat de school ongeveer twee maal een half uur per week lestijd besteedt aan het vak- en vormingsgebied levensbeschouwing.